De coronacrisis kan ertoe leiden dat er niet of minder gewerkt kan worden. Hierdoor kunnen werkgevers in financiële problemen komen. In dit artikel gaan wij in op de vraag: in hoeverre kan van werkgevers verwacht worden dat zij het loon doorbetalen?

Wanneer werknemers beschikbaar zijn om te werken, ligt het risico op onvoldoende werkgelegenheid in beginsel bij de werkgever. In beginsel, omdat het gedurende de eerste 26 weken anders overeengekomen kan zijn in de arbeidsovereenkomst. Juist omdat werkgevers – ook als er te weinig werk is – verplicht zijn om het loon door te betalen, kunnen werkgevers terecht bij het Noodfonds Overbrugging Werkgelegenheid (zie artikel). Daarmee krijgen werkgevers tot 90 % looncompensatie als werknemers in het geheel niet kunnen werken.

Als een werkgever het loon niet meer kan betalen, dan dient de werknemer aanspraak op het doorbetalen van loon te maken. De werknemer kan – al dan niet na mondeling overleg – de werkgever schriftelijk aanmanen om het loon te betalen. Indien nodig kan de werknemer middels een kort geding het loon vorderen. Blijvende betalingsproblemen naar meerdere partijen kunnen tot faillissement van de werkgever leiden, waarna doorgaans ontslag zal volgen en het UWV de loonbetalingsverplichting voor meerdere maanden overneemt.

Niet kunnen werken door ziekte of quarantaine

Wanneer een werknemer door de besmetting met het coronavirus arbeidsongeschikt is, dan moet de werkgever het loon bij ziekte betalen. Dat is gelijk met andere gevallen van arbeidsongeschiktheid.
Lastiger wordt het als de werknemer uit voorzorg in quarantaine moet. Indien dit is opgelegd door de overheid, dan is verdedigbaar dat deze situatie niet voor rekening en risico van de werknemer komt, zodat de werknemer over deze tijd het loon betaald krijgt. Kiest de werknemer er zelf voor om in quarantaine te gaan en om dus niet te werken, dan heeft de werknemer over deze tijd geen recht op loon, hoewel het de werkgever natuurlijk vrij staat om het loon hierover wel te betalen en/of onderling af te spreken dat deze tijd in mindering komt op de vakantierechten.

Verplicht op verlof (vakantie) sturen

Een werkgever kan een werknemer niet verplicht op vakantie sturen, ook niet als de werkgever het bedrijf sluit. Het uitgangspunt bij het opnemen van vakantie is namelijk dat de werknemer aangeeft wanneer hij met vakantie wenst te gaan, waarna de werkgever toestemming verleent. In overleg is het natuurlijk wel mogelijk dat een werkgever met een werknemer afspraken maakt over het opnemen van vakantie. Over de periode van vakantie wordt het loon normaal doorbetaald.

Conclusie

Concluderend kan dus gezegd worden dat de werkgever bij onvoldoende werkgelegenheid in beginsel het loon van een werknemer door moet blijven betalen. Wanneer een werknemer wegens besmetting met het coronavirus niet kan werken, moet de werkgever ook het loon (bij ziekte) blijven betalen. Wanneer een werknemer er zelf voor kiest om preventief in quarantaine te gaan en om niet te werken, dan is de werkgever niet gehouden om het loon door te blijven betalen.

bron: Sanne Coevert